Hoe vul je zelf je cv-ketel bij?
Een stappenplan!
Start de ketel niet op? Wordt de verwarming niet goed warm? Of komt er geen warm water meer uit de kraan? Wellicht moet je dan de verwarmingsinstallatie bijvullen! Dit kun je gemakkelijk zelf doen. Volg dit stappenplan!
-
1. Controleer de waterdruk
Je kunt de waterdruk aflezen met de wijzer op de meter onder de ketel.
Bij een digitale meter zie je dit op de display aan de onderkant van de cv-ketel.
De waterdruk hoort tussen de 1 en 2 bar te liggen. Is deze lager dan 1 bar?
Dan moet je de installatie bij koude ketel bijvullen. -
2. Zet de thermostaat omlaag
Voor je de installatie bijvult, moet het water in de ketel afkoelen. Zet daarom de thermostaat op een lage temperatuur. Haal eventueel de stekker van de ketel uit het stopcontact. Wacht minimaal 15 minuten tot de ketel is afgekoeld. -
3. Sluit de vulslang aan op de waterkraan
Sluit de vulslang aan op de koudwaterkraan.Zet een emmer onder het uiteinde van de vulslang en draai de kraan open. Aan de beide kanten van de slang moet een wartel zitten.Laat de slang volledig vollopen en draai de kraan weer dicht. Zo voorkom je dat er lucht in de slang en dus in de cv-ketel zit. -
4. Sluit de vulslang aan op de vulkraan
De vulslang zit nu vol met water. Sluit deze aan op de vulkraan van de installatie.
Deze vind je meestal in de buurt van de ketel of het expansievat, maar kan ook in een badkamer of bijkeuken zitten. Vaak herken je de vulkraan aan een rode
(of soms zwarte) handgreep. Soms zit er een beschermkap op de vulkraan.
Draai deze dan eerst los. -
5. Zet de waterkraan en de vulkraan open
Zit de vulslang goed aangesloten op beide kranen? Open dan eerst de waterkraan.
Zet daarna ook de vulkraan open. -
6. Vul de installatie tot maximaal 2 bar
Laat de cv-installatie vollopen en hou intussen de waterdrukmeter in de gaten.
Deze moet op ongeveer 1,8 bar staan, en in elk geval nooit hoger dan 2 bar. -
7. Sluit de vulkraan en waterkraan
Ben je bij de gewenste waterdruk draai dan beide kranen weer dicht.
Eerst de vulkraan, daarna de waterkraan. -
8. Maak de vulslang los en vang het water op
Maak de vulslang los van beide kranen. Hou de emmer erbij zodat water uit de slang hierin kan lopen. -
9. Zet de thermostaat weer hoger
Zet de thermostaat weer terug op de gewenste temperatuur. En als je de stekker uit het stopcontact haalde, stop die er weer in. De cv-installatie kan nu weer zijn werk doen! -
10. Ontlucht de radiatoren
Tijdens het bijvullen van de cv-installatie komt altijd wat lucht mee. Daarom is het belangrijk om de radiatoren in huis te ontluchten. Hou een emmer of doek onder het ontluchtingsventiel om druppels water op te vangen. Gebruik een ontluchtingssleutel om het ventiel open te draaien. Sluit het ventiel zodra er water uitkomt!